Columns

Daan’s column: kunstgras, een verademing voor het amateurvoetbal

Over kunstgras lees je in het dagelijkse nieuws vooral negatieve berichten. Het is niet ‘’zoals het hoort’’. Na een sliding ligt je been compleet open met een brandwond en de bal rolt toch net wat anders dan op gras. Bij aankomst op de vroege ochtend is toch niks lekkerder dan een bakje filterkoffie uit de kantine in combinatie met de geur van wat nat, net gemaaid natuurgras. Ik kan dit ook niet ontkennen. Toch lijkt het mij vreselijk om te spelen bij een voetbalclub met enkel grasvelden. Wil je in ons koude kikkerlandje kunnen voetballen betekent dit namelijk dat je van november tot februari afhankelijk bent van onze weergoden en de onderhoudskunsten van de SRO of de terreinknecht, wat vaak ook niet veel hoop biedt.

In mijn eigen omgeving hoor ik eigenlijk nauwelijks geklaag over kunstgrasvelden. Ga maar eens kijken bij de meeste amateurclubs, daar trainen toch alle selectieteams op een mooi kunstgrasveld en zijn het de recreatieteams die naar een afgelegen grasveld worden gestuurd. Zeg ik als trainer tegen mijn spelers dat er vanavond op gras getraind wordt, gaat de inzet al met dertig procent omlaag. Stelletje azijnzeikers denk ik dan, maar na een uur trainen op een slecht veld waar er meer zand te zien is dan gras heb ook ik stiekem alweer spijt en verlang ik terug naar dat stabiele kunstgrasveld. Geen polletjes of kale plekken, geen grote waterplassen of weggeveegde zijlijnen maar een goede grasmat waar altijd gevoetbald kan worden. Houd je van goed combinatiespel en aanvallend voetbal, dan is spelen op kunstgras een verademing.

Er wordt vooral in het profvoetbal geklaagd over het spelen op kunstgras. Dit is natuurlijk meer dan begrijpelijk, want de velden in de BVO competities zijn niet te vergelijken met de meeste velden op de amateurverenigingen. Als ik mocht kiezen tussen het veld in de kuip of het allernieuwste kunstgrasveld dan gaat die fantastische grasmat natuurlijk voor.  Maar de keuze tussen veld 8B zonder dug-outs bij de plaatselijke dorpsvereniging of een mooie gladde kunstgrasmat is ook snel gemaakt. Op de grasvelden van de amateurverenigingen wordt er zowel getraind als wedstrijden gespeeld, waardoor het veld na een aantal weken al lang niet meer in dezelfde staat is als in het begin van het seizoen. Laatst kwam ik in gesprek met een boze ouder van een club die enkel grasvelden tot zijn beschikking had. ” Je wordt er toch gek van, we betalen tweehonderd euro contributie per jaar. De helft van het seizoen kan er niet getraind worden omdat de velden niet bespeelbaar zijn.”, aldus de geïrriteerde man.

Kunstgras is duur, wat het voor sommige kleine clubs lastig maakt om ook met deze trend mee te gaan. Toch zal ik mijn toekomstige kinderen nooit op een vereniging zetten waar er geen fatsoenlijk kunstgrasveld ligt. De voetballiefhebber in mij haat deze gedachte maar toch durf ik het hardop te zeggen. Kunstgras is een verademing in het amateurvoetbal, ik zal het niet meer willen missen.

Daan Schoonderwoerd