Robin de Ridder is volgend seizoen weer als voetballer te zien op de Haarlemse velden. De middenvelder heeft besloten om bij zijn jeugdliefde Schoten een vervolg te gaan geven aan zijn voetbalcarrière. Begin dit seizoen stopte De Ridder bij EDO, omdat zijn werk hem niet toe liet zich volledig op het voetballen te kunnen richten.
Een half jaar na zijn besluit om te stoppen wil de 27-jarige De Ridder weer gaan voetballen. “Eigenlijk wilde ik de tweede seizoenshelft al gaan meedoen bij Schoten, maar hier ging de KNVB niet mee akkoord,” vertelt hij. “Ik heb wel al wat oefenwedstrijden meegedaan, maar ga volgend seizoen vanaf de voorbereiding weer meevoetballen.” De keuze om bij Schoten te gaan spelen is gemaakt, omdat in de derde klasse de tegenstanders toch nog enigszins in de omgeving zijn en hij daarna eventueel nog iets voor zijn werk kan betekenen. De Ridder gaat er vanuit dat Schoten dit jaar promoveert.
Wat ook meespeelt in zijn beslissing om juist weer bij de club aan de Vergierdeweg te gaan voetballen zijn de plannen die Schoten heeft. Jasper Ketting staat aan het roer en de club heeft een goede weg ingeslagen om iets moois neer te zetten. De Ridder is daar zelf ook actief in betrokken. “We zijn bezig met het vormen van de groep voor volgend jaar en ik hoop natuurlijk dat we promoveren. Misschien hebben we we wel individuele kwaliteit ingeleverd na vorig jaar, maar als team werken we meer voor elkaar,” zegt De Ridder. “Het grootste gedeelte van de huidige groep blijft. Met het terughalen van een aantal echte Schoten-jongens creëren we een brede sterke basis.”
De Ridder zette begin november een punt achter zijn bijna 7-jarig verblijf bij hoofdklasser EDO. In de wedstrijd tegen JOS Watergraafsmeer brak hij zijn neus en dat leverde hem narigheid op bij zijn werkzaamheden als assistent-bedrijfsleider bij Albert Heijn. Daarnaast zorgden andere privézaken ervoor dat De Ridder te weinig tijd kreeg voor voetbal en daardoor zijn focus en plezier verloor.
Sinds zijn afscheid bij EDO is De Ridder veelal bij Schoten te vinden en niet meer alleen als trainer van de A-junioren. Hij groeide op bij de club in Haarlem-Noord, maar werd op zijn zeventiende gescout door de proftak van HFC Haarlem. Onder Edmond Claus speelde hij regelmatig mee als A-junior met het tweede elftal. Een jaar later keerde hij terug, maar beproefde daarna zijn geluk bij HFC EDO. Bij HFC EDO maakte De Ridder zoveel indruk dat hij een onbetwiste basisspeler werd. Hij maakte twee jaar geleden de promotie naar de Topklasse mee en zou dit seizoen aanvoerder zijn van de hoofdklasser. De ervaring en het verantwoordelijkheidsgevoel dat hij bezit zouden hem tot een steunpilaar bij de huidige vierdeklasser moeten maken.