Columns

Martijn’s column: Maandcontract voor trainer wordt nieuwe trend

Vandaag, 14 december 2018, zijn alle clubs voorzien van trainers voor het seizoen 2022-2023! Hulde, hiephoi en joepie! Het had zomaar een artikel van De Speld kunnen zijn. Ietwat overdreven en natuurlijk komen er geen contracten voor een maand, maar het is lading dekkend.

Clubs en trainers kiezen steeds eerder voor duidelijkheid. En met al die cowboys op de trainersmarkt krijgen ze het nog voor elkaar ook. We zitten nog vóór de winterstop en de eerste contracten zijn al getekend. Of opgezegd. Is dat verstandig? Wat mij betreft ridicuul. Waar je tien jaar geleden een handje vol sollicitanten voor een open positie had, zijn het er tegenwoordig al snel twintig! Het is een jungle en weinig clubs gebruiken hun gezonde verstand. De simpele blik op nu zou plaats moeten maken voor een continue beleid. Een gezondere toekomst.

Ook bij veel trainers mis ik dit. Velen zijn ambitieus en willen te snel een stap omhoog maken. Bij de eerste de beste kans wordt er direct toegehapt. Maar is geduld en een gezonde blik niet verstandiger? Vijf jaar ervaring opdoen onder de vleugels van een meer ervaren trainer is bijna een zeldzaamheid. Een trainer uit de zaterdag derde klasse zei laatst: “Ik laat me niet gek maken, uiteindelijk bepaal ikzelf waar ik volgend seizoen trainer ben. Niet de clubs. Ik beslis ergens in maart wel.” Ik weet niet zo goed of dat koppigheid is of een reële visie. Straks pis je overal naast en sta je achter het hek in plaats van in de dug-out. Aan de andere kant, bij Voetbal in Haarlem is er dan wel nog plek voor je. Kijken in mogelijkheden, heet dat.

Het is marktwerking. De clubs hebben – te – veel voor het zeggen. Er zijn relatief veel trainers voor minder posities en daarnaast is er een verandering gaande. Er zijn veel jonge trainers met het TC3 / UEFA C diploma – ook wel ‘laptoptrainers’ genoemd – die op eigen benen willen staan zonder dat ze de nodige ervaring hebben. Deze mannen zijn niet al te duur, maar nemen wel een risico met zich mee. Hebben ze genoeg kennis en kunnen ze met 25 spelers omgaan, waarvan de helft teleurgesteld is? Het is een club als DSS te prijzen dat een jonge trainer als Ilias Akchich de kans krijgt zich te bewijzen. Aan de andere kant, de club speelt in de vierde klasse. Welk risico loop je?

Daartegenover staan een aantal ‘oude rotten’ die wel bagage hebben. Het zijn mannen als Simon Evers, Otto Berendregt en Edwin Eefting die vaak beter weten hoe ze een groep moeten managen en puur uit ervaring een wedstrijd kunnen lezen. Het zijn de Guus Hiddinks en Louis van Gaals van het amateurvoetbal. Of deze heren echter trek hebben in een nieuwe uitdaging bij een grijze vierdeklasser is maar de vraag en de spoeling wordt dunner naarmate we op een hoger niveau gaan voetballen. Zoveel clubs in de derde klasse en hoger hebben we in onze regio niet.

Ik voorspel een roerige winterstop. De komende weken gaan we alle namen weer bij de juiste clubs invullen. Veel clubs gaan afscheid nemen van hun trainer. Het is wachten op die ene dominosteen, waardoor de rest ook gaat vallen. Gister werd bekend gemaakt dat Rini van Roon vertrekt bij VVC. Een mooie club die een niveau hoger hoort te voetballen dan in de huidige derde klasse. Later vandaag lees je bij ons op de website welke club en trainer ook uit elkaar gaan. En dat zou zomaar die ene dominosteen kunnen zijn. Stay tuned!

Martijn

Wil je reageren op deze column? Doe dat dan vooral en contact ons via redactie@voetbalinhaarlem.nl.

MARTIJN PRINSEN, 1982. Initiatiefnemer van Voetbal in Haarlem. Opgegroeid in het Haarlemse. 25 jaar gevoetbald bij Schoten, Kennemerland, Onze Gezellen en Haarlem-Kennemerland. Tegenwoordig niet meer tussen de lijnen te vinden, maar daarbuiten. Werkzaam bij Haarlems grootste bedrijfsmakelaar. Voorzien van erfelijke taaltik en lichte dwangmatige neigingen. Vader van twee mooie meiden, Nikki en Floor.