Columns

Henk’s column: “Het is maar een spelletje”

Afgelopen zondag kon ik door een schorsing helaas niet deelnemen aan de met 0-7 gewonnen wedstrijd van mijn club Terrasvogels in en tegen Vogelenzang. Een mooie afsluiting van een bewogen seizoen waarin vooral het belachelijk hoge puntenaantal in de tweede seizoenshelft hoop geeft voor een mooi jaar aankomend seizoen.

Een groep die nagenoeg compleet blijft aangevuld met op zijn minst Willem de Weijze, Jelle de Vries (beiden Velsen) en Louis Rombouts (VVH). Dat kan een mooi seizoen worden. Zelf besloot ik zondag jl. de kampioenswedstrijd van Bloemendaal bij te wonen. Wat een groot feest had moeten worden werd een ongelooflijke deceptie. Wel één die het beschrijven waard is vind ik en dat doe ik dan ook maar.

Zondag 14 mei, 16:45 uur. Soepel glijdt de gehuurde touringcar met Bloemendaal-supporters het terrein van het Olympisch Stadion in Amsterdam af richting de snelweg. Snel weg hier, wonden likken in de kantine van Bloemendaal is alles dat rest na de met 2-1 verloren wedstrijd.

Bloemendaal - Voetbal in Haarlem
Bloemendaal verspeelde het kampioenschap tegen Arsenal. (Foto: Cees van Hoogdalem)

Mijn gedachten dwalen af, terug naar de net verloren kampioenswedstrijd. Bloemendaal heeft verzuimd te winnen van Arsenal (A.S.V.), een ploeg die op een enkeling na wat mij betreft thuishoort in de vierde of vijfde klasse. De spanning is Bloemendaal teveel geworden en ons, de mensen die mee zijn gereisd met het team, rest nu een terugreis met enkele teleurgestelde spelers in een halflege bus. Niet bepaald een feestje dus, snel weg hier.

De clichés vliegen mij in de bus om de oren. Nu ben ik van mening dat clichés slechts clichés zijn omdat ze waar zijn, hout snijden en bovendien vaak zo algemeen klinken dat je ze er te pas en te onpas uit kunt knallen. Die mening zijn enkele mensen in de supportersbus van Bloemendaal kennelijk ook toegedaan. De enkele speler die de moed heeft op kunnen brengen om niet terug te gaan met de auto, maar bij de supporters in de bus heeft het zwaar te verduren. De het-is-maar-een-spelletje’s en nacompetitie-is-ook-een-prijs-en volgen elkaar in rap tempo op.

Ik kijk achterom en zie mijn vriend en speler van Bloemendaal Dennis Goes zitten, hij lacht, maar niet echt. Hij lacht als een boer met kiespijn. Aan de andere kant zit aanvoerder Tim Beeren wezenloos uit het raam te staren. Zijn vriendin naast hem kijkt strak vooruit wetende dat ze een hele, hele nare avond tegemoet gaat. Daarvoor zit reserve-aanvoerder Ruud van Es met een tijdens de wedstrijd gebroken neus even zo verslagen voor zich uit te staren. De drie sterkhouders van dit Bloemendaal konden, ondanks de 1-1 van Beeren, de ploeg vandaag ook niet redden. Zo’n uur na de wedstrijd druipt het ongeloof er nog vanaf en voor wie de wedstrijd heeft gezien is dat enorm begrijpelijk.

Tot overmaat van ramp wordt bij het afslaan richting de kantine de spelers gevraagd om allemaal wat mee te nemen uit de bus. Het is een uitermate treurig gezicht, spelers die dozen vol bloemen, bier, vlaggetjes en kampioensshirts de bus uitdragen richting de kantine. Een beeld dat alles zegt. Een enkele speler maakt van de nood een deugd door een bosje bloemen mee te nemen naar huis als verlaat Moederdagcadeau.

Terug aangekomen in de kantine van de BVC wachten enkele vrijwilligers en supporters de bus op. Er wordt veel gesproken over de wedstrijd. Overal hoor ik hetzelfde: Spanning, individueel- en vooral collectief falen. Meer clichés komen voorbij. Ik zal ze u besparen want met het uur worden ze steeds onzinniger. Wanneer de klok 18:00 uur slaat neemt een ietwat verwilderde voorzitter het woord. Hij spreekt over een prachtig seizoen en hoe één zwarte dag dat absoluut niet mag verpesten. Hij spreekt over de nacompetitie die eraan komt en over koppies die dezelfde kant op moeten blijven staan. Meest gebruikte woord in zijn speech is ‘wij’, iets dat voor mij als Terrasvogel niet zoveel meer betekent als ‘zij’. ‘Zij’ moeten het vanaf komende zondag laten zien in de nacompetitie, laten zien dat zij wel in die tweede klasse thuis horen. Of dat lukt? Ik heb geen idee, wel ben ik erbij.

Ondanks al het verdriet en het ongeloof werd het met het verstrijken van de tijd gezelliger in de kantine van Bloemendaal. Ergens proefde je weer de strijdbaarheid en hoop die je ook voelde toen er om 12:00 uur werd verzameld in de kantine voor de kampioenswedstrijd. Kampioen worden zit er niet meer in. Promoveren wel. Ik hoorde iemand zeggen: “Dan moet het maar via een vervelende omweg.” Die vervelende omweg is wat mij betreft zo vervelend niet. Deze omweg beslaat twee keer een vol eigen sportpark, waarschijnlijk met mooi weer en bij een goede afloop een feest dat er zeker niet minder om is.

“Dan dat maar,” zou ik toch zeker willen zeggen. Dat besef leek aan het einde van de avond zeker doorgedrongen. Aanstaande zondag uit bij VVZA in Amersfoort moet het gebeuren. Mocht het allemaal niet lukken is er altijd volgend jaar nog. Het is tenslotte maar een spelletje, tenzij ze het wel halen, dan niet. Dan is het niet maar een spelletje, dan is het de ietwat verlate bekroning op een jaar lang keihard werken met zijn allen. Is dat niet stiekem mooier dan uit bij A.S.V. Arsenal in de slagregens kampioen worden?

Ik wil iedereen bedanken die het afgelopen jaar de moeite genomen om mijn hersenspinsels tot zich te nemen en tot volgend jaar!

Henk

Henk Hageman - Voetbal in Haarlem

HENK HAGEMAN, 1988. Werkzaam als teammanager bij een IT-bedrijf in Haarlem. Gevoetbald bij Velsen, SVIJ, Waterloo en de laatste 4 seizoenen bij s.v. Terrasvogels in Santpoort-Zuid. Vader van een zoontje van 3 jaar en een echte voetbalgek. Zowel passief als actief altijd bezig met (amateur)voetbal.

 

 

[sam id=”11″ codes=”true”]